Een paar dagen vóór ik naar Delhi vertrek, stuurt mijn zus me een paar foto’s van de lagere school. Ik herken de foto’s. Klas 3. Ik weet de naam van de juf nog. Ze ontdekte mijn slechtziende ogen en ik kreeg mijn eerste bril. Ik zag een nieuwe wereld.

De foto van dat meisje dat ik was, een wit jurkje met een vestje. Mijn haar, dik en donker. Het portret ontroert me. En dat verwondert me.

Onzichtbaar

Is het haar blik en wat die uitstraalt? Ik weet nog hoe onzeker en bang ik was, hoe onzichtbaar ik wilde zijn. En wat ik nu zie is een meisje, met een kern van puurheid…

Later, in Delhi, vertel ik tijdens het avondeten over de foto. Het roept herkenning op bij een van mijn groepsleden. “Ik heb zoveel gehad aan die kinderfoto van me”, zegt ze. “Ik zat op een punt dat ik helemaal vastliep en toen heeft die foto me zo geholpen.”
We praten er samen over en ik begrijp iets beter wat me ontroert.

Kritisch op mezelf

Maar dat weet ik dan nog niet. Ik denk na over het feit dat ik nog steeds heel kritisch op mezelf kan zijn. En loop vast in die gedachten. Gelukkig kan ik mezelf ook wel weer in balans brengen door er neutralere gedachten tegenover te zetten. Door geduldig te zijn en mild tegenover mezelf. Het is lastig, maar als ik er moeite voor doe, lukt het aardig.

Werk te doen

Is alles wat ik tot nu toe heb geleerd genoeg aan voorbereiding? Ben ik voldoende bezig geweest met de voorbereidingsoefeningen, die de begeleider mailde?

Ik heb het gevoel dat ik nog zoveel werk te doen heb.


Dit is deel 3 van een blogreeks over mijn retraite naar Delhi (24 februari tot 5 maart 2020). 

Ik heb het geluk gehad dat ik aan een retraite in Delhi kon deelnemen net vóór de coronacrisis. Daar zou ik normaal niet snel over geschreven hebben, maar dit is een uitzonderlijke tijd. Daarom ga ik er toch over schrijven. Ter inspiratie. Als hart onder de riem. Je kunt het lezen hoe jij wilt.

Wil je dit blog volgen? Meld je aan via het inschrijfformulier.