De dag vóór vertrek ben ik echt zenuwachtig. Ik maak me druk over hoe ik Delhi, de luchtverontreiniging en vooral de armoede zal ervaren. Of ik niet ziek zal worden. Of ik wel genoeg voorbereid ben op de retraite.

Misschien brengt de retraite me pijnlijke dingen. Confronteert het me met zaken die boven komen en nog door moet werken. Misschien brengt het me nieuwe inzichten. Dat hoop ik.

Open hart

Ik heb me voorgenomen alles zoveel mogelijk met een open hart tegemoet te treden, mijn aannames in de ogen te kijken en te onderkennen en zo goed mogelijk te voelen wat me op welke manier dan ook verteld gaat worden.

Op Schiphol tref ik al snel anderen van de groep. Alle zenuwen vallen van me af. We hebben een voorspoedige vlucht.

We landen op vliegveld Delhi. Dat moment zal me om meerdere redenen bijblijven.

Wachten

De controles duren lang. Zullen we allemaal worden toegelaten? Zijn onze visums in orde? Ik sta als een van de laatsten van de groep voor de balie. Het wachten duurt lang. De douanebeambte bekijkt mijn paspoort wantrouwig. Daarin staat namelijk een stempel met het visum van China, van mijn reis met mijn tai chi school, in augustus 2018.

Ik heb eerst nog niet zo in de gaten dat het om die stempel gaat. Pas als hij me eindelijk mijn paspoort overhandigt en ik me weer bij de groep voeg, snap ik het.

Gelige mist

Zodra we naar buiten lopen, zien we een gelige, dikke mist. We schrikken ervan. De lucht is niet alleen zichtbaar, maar stinkt ook vreselijk.

Als ik voor de eerste keer op mijn mobiele telefoon kijk, zie ik dat ik een sms’je heb ontvangen van mijn jongste dochter. “Ik twijfel om het je te laten weten op je retraite, maar ik heb een baan aangeboden gekregen.”

Mijn aankomst in India begint met goed nieuws.


Dit is deel 4 van een blogreeks over mijn retraite naar Delhi (24 februari tot 5 maart 2020).